Rating: **/*****, or 5/10
Conan
Light biedt geen inzicht in titelfiguur
Diegenen
die vorig jaar The Mummy Returns niet hebben gezien zal de
titel Scorpion King niets zeggen. Het tweede deel van de
Mummy-reeks voerde het personage, gespeeld door worstelaar The
Rock (echte naam Dwayne Johnson), ten tonele als nieuwe schurk waar
de daadwerkelijke booswicht, de mummie zelf, mee overhoop lag in een
strijd om de wereldmacht. Het optreden van de schorpioenkoning in
vlees en bloed bleef in The Mummy Returns beperkt tot een
korte maar fascinerende introductie waarin diens geschiedenis uit de
doeken werd gedaan; in de climax van de film werd The Rock vervolgens
vervangen door een uit de computer getoverd schepsel dat zo
overduidelijk digitaal was dat het 't einde van die film geen goed
deed. Het was overtuigender geweest als de worstelster gewoon
lijfelijk aan het einde weer opgevoerd werd, maar kennelijk was dat
niet spectaculair genoeg. Een gemiste kans dus, maar met zijn eigen
film mag deze Scorpion King alsnog laten zien wat hij in zijn mars
heeft. Dat blijkt echter niet veel te zijn.
Helaas
geeft The Scorpion King weinig inzicht in het karakter van de
titelfiguur. De connectie met The Mummy Returns is praktisch
niet-bestaand. Waar het personage in de voorganger nog werd neergezet
als een woeste veroveraar uit lang vervlogen tijden die de wereld de
oorlog verklaart, is er van zulke ambities in zijn eigen film niets
te merken. Als zodoende levert The Scorpion King meer vragen
op dan hij beantwoordt. Niet onbegrijpelijk dat Mummy-regisseur
Stephen Sommers voor de eer bedankte en de ervaren actieregisseur
Chuck Russell (Eraser, The Blob) naar voren geschoven
werd.
De
situatie ligt nu als volgt. The Rock speelt Mathayus, de laatste
Akkadiër, die zijn diensten als huurmoordenaar heeft aangeboden aan
een groep rebellen die strijdt tegen de oorlogszuchtige tiran Memnon
(televisie-acteur Stephen Brand) die van plan is de wereld te
veroveren en daarin bijzonder goed slaagt dankzij een geheimzinnige
tovenares (de zeer verleidelijke Kelly Hu) die de uitkomsten van zijn
veldslagen kan voorzien. In een poging de tovenares te ontvoeren
sneuvelt Mathayus' broer, waarop zijn vete met de krijgsheer
persoonlijk wordt. Vervolgens slaagt hij er alsnog in de heks te
schaken en sleurt hij haar mee de woestijn in, waar zich uiteraard de
typische romance tussen het tweetal ontwikkelt. Ten slotte waagt het
duo samen met de rebellen en hun onstuimige hoofdman Balthazar (de
altijd indrukwekkende Michael Clarke Duncan, The Green Mile)
een laatste aanval op Memnons fort in de hoop hun vijand te verslaan.
Voeg hier de nodige actiescènes, een nogal irritante sidekick (Grant
Heslov) en namen en plaatsen uit allerhande mythen en legenden (van
het Bijbelse Gomorra to Cassandra uit de Ilias) aan toe en de
resulterende potpourri levert het eindresultaat The Scorpion King
op, waarin de link met The Mummy Returns volledig
ontbreekt en zowel het gehalte 'scorpion' als de hoeveelheid
'king' tekort schiet.
Als op
zichzelf staande film levert de film nog enig vermaak op tijdens de
daverende actie, maar stelt het in totaal weinig voor. Het uitbundige
spierballenvertoon van The Rock gaat doorgaans gepaard van nogal
flauwe 'tongue-in-cheek' humor, die aangeeft dat we het geheel
vooral niet te serieus moeten nemen, wat we toch al niet van plan
waren. Inhoudelijk doet de film sterk danken aan Conan the
Barbarian, ook al een film met als protagonist een bonk spieren
die strijdt tegen een kwaadaardig heerser die hem ooit een dierbare
ontnam, in een fictieve voorhistorische wereld met elementen uit
allerlei mythologieën.. Echter, die film was een stuk gewelddadiger,
waarmee vergeleken The Scorpion King nogal soft overkomt.
Bovendien mist The Rock het norse, cynische karakter waarvan
Schwarzenegger zich destijds bediende, maar wat in deze film juist
niet misstaan had. The Scorpion King is in principe 'Conan
light'.
Naast
The Rock houdt de rest van het acteursensemble zich goed overeind.
Michael Clarke Duncan speelt hem in feite van het scherm, waardoor
het jammer is dat zijn personage vrij weinig scènes heeft. Stephen
Brand levert goed werk af, maar zijn Memnon is te beschaafd
(inclusief Engels accent) om een overtuigende booswicht te zijn: als
een soort Alexander de Grote tracht hij de wereld beschaving op te
leggen door volkeren te verbinden, zij het met geweld, waardoor hij
niet een typische machtswellusteling is. Ook ervaren Britse rot
Bernard Hill (Titanic) komt langs, als een excentrieke
uitvinder die zijn tijd ver vooruit is en het buskruit levert aan de
rebellen. Het merendeel van de acteurs in deze film heeft meer in
zijn mars dan The Rock zelf, die duidelijk nog weinig ervaring heeft
in de kunst van het acteren maar meer bedreven is in het loslaten van
zijn spierkracht ten bate van hersenloze actie.
The
Scorpion King biedt hoofdzakelijk oppervlakkig avontuur. Het
altijd bloedeloze geweld duidt aan dat de makers een tienerpubliek
voor ogen hadden, een gevoel dat nog versterkt wordt door de
hoeveelheid blote huid die Kelly Hu de gehele film door tentoonstelt
zonder daarvoor daadwerkelijk uit de kleren te gaan. De film voelt
aan als de jongensdroom van een middelbare scholier die in de
schoolbanken tijdens saaie lesuren fantaseert van een leven vol
spanning en sensatie in exotische locaties met een mooie meid aan
zijn zijde. Misschien voelt het puberpubliek zich sterker
aangesproken door The Scorpion King dan de gemiddelde
bioscoopganger. Diegenen die hoopten op een interessante kijk op de
voorgeschiedenis van het intrigerende personage uit The Mummy
Returns komen hoe dan ook bedrogen uit, want hoe de
schorpioenkoning van koene vrijheidsstrijder naar bloeddorstig
veroveraar ging blijft hier een raadsel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten