Rating: ***/*****, or 6/10
Twee
uur lang fijn spelen met actiefiguurtjes
Na het grote – maar toch niet
helemaal verdiende – succes van Transformers is het niet
verrassend dat speelgoedfabrikant Hasbro op zoek ging naar een nieuwe
franchise om het kunstje nog eens te herhalen en opnieuw bakken vol
geld binnen te halen. G.I. Joe was de voor de hand liggende
keuze, want Hasbro heeft al 45 jaar de rechten op deze merknaam die
uiterst succesvol bleek in media als tekenfilms, strips en uiteraard
de actiefiguren zelf, maar tot dusverre nog niet de logische volgende
stap naar het witte doek maakte. Transformers mag dan een
kassucces en grootschalig actiespektakel zijn geweest, een erg
bevredigende film leverde regisseur Michael Bay er niet mee, en
hetzelfde gold nog minder voor het deplorabele Transformers:
Revenge of the Fallen die deze zomer de bioscoop teisterde (en
desondanks opnieuw Hasbro's kas flink spekte). Een vertaling van
speelgoed naar het grote scherm, kan dat überhaupt een goede film
opleveren? G.I. Joe: The Rise of Cobra geeft nog geen
definitief bevestigend antwoord op die vraag, maar pakt in ieder
geval een stuk leuker uit dan beide Transformers-vehikels.
De regie ligt in handen van Stephen
Sommers, die met onder andere twee delen The Mummy al aangaf
een bekwaam actieregisseur te zijn. Sommers laat overduidelijk merken
dat G.I. Joe het hoofdzakelijk moet hebben van een flinke
hoeveelheid lol en weinig anders, wat Bay ook probeerde met
Transformers maar daar vooral bij het tweede deel jammerlijk
in faalde. De balans tussen actie, humor en karakterontwikkeling is
in G.I. Joe gelukkig een stuk beter uitgewerkt. Serieus te
nemen valt het geen moment, maar dat mag de pret niet drukken.
In de nabije toekomst ontwikkelt een
gewetenloze wapenfabrikant (een enge Christopher Eccleston) het
ultieme wapen: 'nanomites', microscopische robots die metaal
opvreten en hele steden in de as kunnen leggen als ze in kernkoppen
worden gebruikt. Soldaten Duke (stoere Channing Tatum) en Ripcord
(Marlon Wayans als komische noot) krijgen opdracht de raketlading
veilig te vervoeren, maar worden belaagd door de geheimzinnige
terreurorganisatie Cobra. Een elite-team soldaten genaamd G.I. Joe
helpt ze uit de brand, waarna het duo besluit zich bij deze
topgeheime militaire eenheid aan te sluiten. Samen met een bont
gezelschap nieuwe collegae, waaronder de zwijgzame ninja Snake Eyes
(Ray Park) en de kittige roodharige dame Scarlett (Rachel Nichols),
valt het team vervolgens van de ene verbazing in de andere, als
blijkt dat er een grootschalige samenzwering gaande is die moet
leiden tot Cobra's overname van de wereldmacht. Bovendien hebben
sommige terroristen, zoals de felle Baroness (sexy Sienna Miller) en
de dodelijke Storm Shadow (Koreaanse superster Byung-hun Lee) nog
een persoonlijk appeltje te schillen met de 'Joes'. Het resultaat is
een aaneenschakeling van groots opgezette, spectaculaire actiescènes,
inclusief de nodige 'martial arts' demonstraties,
vuurgevechten en enorme explosies.
Sommers serveert het geheel zonder
gêne, zonder de pretentie
dat G.I. Joe meer is dan twee uur fijn vermaak. Als ze actie
willen, dan kunnen ze actie krijgen, lijkt zijn motto. Van begin tot
eind dendert G.I. Joe voort met slechts af en toe een
adempauze om de personages de noodzakelijke achtergrondinformatie te
verschaffen. Het script heeft hen gelukkig van precies genoeg
ontwikkeling voorzien om ons tussen al het lawaai in toch afdoende
met hen mee te laten leven, en de persoonlijke kanten van hun
situaties naar voldoening tot uiting te laten komen. De liefde tussen
Duke en de Baroness bijvoorbeeld, die door de dood van haar broer
onder Dukes bevel vervormde tot intense haat van haar kant, voelt
zodoende niet potsierlijk aan, maar geeft de personages dat beetje
noodzakelijke persoonlijke karakter, en krijgt extra emotionele
lading als blijkt dat haar broer nog in leven is en zonder haar weten
ook de partij van de schurken heeft gekozen. Tussen al het
cartooneske geweld bevindt zich een degelijke hoeveelheid
relativerende humor, en gelukkig geen overdaad aan slechte grappen,
wat Transformers 2 qua geloofwaardigheid de das omdeed.
Ondanks de actie, karakterontwikkeling
en humor moet G.I. Joe het voornamelijk hebben van de grote
hoeveelheid fantastische gadgets, waarin we een geslaagde hommage aan
de thematische verwante James Bond-films aantreffen. Naast de eerder
genoemde minuscule robotjes (waar overigens daadwerkelijk
wetenschappelijk onderzoek naar verricht wordt) mogen zowel de 'good
guys' als de snoodaards rondrennen met een hoeveelheid amusante
uitvindingen, variërend van sonische kanonnen tot onzichtbare
uniforms. De film gaat echter nooit te ver in het tonen van
technische hoogstandjes maar blijft volstrekt binnen de grenzen van
de in de film gepresenteerde realiteit.
Het valt te begrijpen dat de
schrijvers er voor gekozen hebben om van deze incarnatie van G.I. Joe
een internationaal elite-team te maken, in plaats van de 'real
American heroes' waar de eenheid tot dusverre uit bestond.
Immers, buiten de Verenigde Staten zit niemand te wachten op nog meer
patriottisch Amerikaans militarisme. Ook is het verfrissend om
eindelijk weer eens een actiefilm te zien waarin de terroristen geen
religieuze motieven hebben, maar zoals vanouds streven naar het
overnemen van de hele wereld.
Hoewel G.I. Joe: The Rise of Cobra
een zeer vermakelijk
actiespektakel is geworden, is het overduidelijk nooit meer dan dat,
en meent het zelf niet meer dan dat te moeten zijn. Na het volstrekt
onleuke Transformers 2
is het een hele verademing te zien dat er op basis van een reeks
actiefiguren en met een ervaren regisseur wel degelijk een geslaagde
actiefilm gemaakt kan worden die ons weer het gevoel geeft kleine
jongetjes (of meisjes) te zijn die de dolste capriolen met hun
speelgoed uithalen. G.I. Joe
zal ongetwijfeld niet heel lang blijven hangen, maar levert tenminste
twee uur ongegeneerd plezier. Hasbro kan tevreden zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten